Verlangen naar een Kind
Hanna kon maar geen kinderen krijgen, maar God verhoorde haar gebed. Ook mijn schoot bleef ooit een periode gesloten. Hoe ging Hanna hier mee om?
Ter inleiding lezen we eerst een gedeelte uit het Woord:
1 Samuël 2:1-10
1 Toen bad Hanna en zei:
Mijn hart springt op van vreugde in de HEERE,
mijn hoorn is opgeheven in de HEERE;
mijn mond is wijd open tegen mijn vijanden,
want ik verheug mij in Uw heil.
2. Er is niemand zo heilig als de HEERE,
want er is niemand buiten U,
en er is geen rotssteen als onze God.
3. Spreek toch niet steeds zo bijzonder hoogmoedig,
en laat niets hooghartigs uit uw mond gaan;
want de HEERE is een alwetend God,
en Zijn daden zijn recht.
4. De boog van de sterken is gebroken,
maar zij die struikelden, zijn met kracht omgord.
5. Zij die verzadigd waren, hebben zich om brood verhuurd,
maar zij die hongerig waren, zijn het niet meer.
Zelfs de onvruchtbare heeft er zeven gebaard,
maar zij die veel kinderen had, is verkommerd.
6. De HEERE doodt en maakt levend,
Hij doet in het graf neerdalen en Hij doet daaruit opkomen.
7. De HEERE maakt arm en maakt rijk,
Hij vernedert, ook verhoogt Hij.
8. Hij verheft de geringe uit het stof;
uit het vuil verhoogt Hij de arme
om hen bij edelen te doen zitten,
om hen een erezetel te laten verkrijgen.
Want de grondvesten van de aarde zijn van de HEERE
en Hij heeft de wereld daarop geplaatst.
9. Hij zal de voeten van Zijn gunstelingen bewaren,
maar de goddelozen zullen zwijgen in de duisternis,
want een man is niet sterk door eigen kracht.
10. Zij die de HEERE ter verantwoording roepen, zullen verpletterd worden;
Hij zal in de hemel over hen donderen.
De HEERE zal rechtspreken over de einden der aarde;
Hij zal Zijn Koning kracht geven,
en de hoorn van Zijn Gezalfde opheffen.
Het verhaal van Hanna dat aan deze lofzang voorafgaat is in het kort dit. Hanna is getrouwd met Elkana. Pennina is ook een vrouw van Elkana. Hanna is onvruchtbaar. Pennina heeft wel kinderen. Elkana had Hanna bijzonder lief. Pennina was een twistzieke vrouw die Hanna plaagt met haar onvruchtbaarheid. Hanna gaat vervolgens niet in conflict met Pennina maar richt zich in aanbidding tot God. Hanna is een diepgelovige maar ook diepbedroefde vrouw. Ze vertrouwt in alle omstandigheden op God en stort voor Hem haar hart uit (1 Sam 1:15). Ze bidt om een kind maar uit haar gebed in 1 Sam 1:11 blijkt dat de zaak van God voor haar prioriteit heeft boven haar eigen zaak. Ze belooft haar mannelijke nakomeling af te staan voor de zaak van God. Als haar zoon Samuël (God hoort) van de borst af is brengt ze hem samen met Elkana naar Eli in Silo. Hij is dan drie jaar. Daarna zingt ze bovenstaande lofzang.
Er was een periode van ongeveer 10 jaar in mijn leven dat ik kampte met onbegrepen onvruchtbaarheid. Ik kon me zo inleven in het verlangen van Hanna naar een kind! Ook ik heb mij vele malen tot God gericht of hij ‘mijn schoot wilde openen’. Nooit had ik begrepen hoe Hanna vervolgens haar lang verwachte zoon weer af kon staan en dan nog zo’n lofzang zingen ook! Nu zie ik dat mijn verlangen vooral heel zelfgericht was. Begrijp me goed: het is niet verkeerd om een verlangen naar een kind te hebben. Dat is gewoon heel normaal en natuurlijk. Maar zo’n verlangen kan je ook helemaal in de greep houden waardoor je het zicht op God verliest en daarmee ook het vertrouwen dat Hij je geeft wat je werkelijk nodig hebt.
Wat je terugziet in de lofzang van Hanna is dat Hanna niet alleen naar een kind verlangt maar vooral naar de Redder van Israël! In de eerste verzen vertelt ze dat ze haar heil, dat is haar verlossing, verwacht van God. Ze roept op tot een nederige houding tot God omdat Hij degene is die uitkomst biedt. Zijn daden zijn rechtvaardig. Ze roept ook op om niet op eigen kracht te vertrouwen maar op Zijn kracht. Beroem je niet op je vruchtbaarheid of op het hebben van natuurlijke kracht of rijkdom. God staat daar namelijk altijd boven. Hij is degene waarvan je alles mag verwachten. Uiteindelijk zal Hij recht doen. Hanna zingt dat ‘God Zijn Koning kracht zal geven en de hoorn van Zijn Gezalfde zal opheffen.’ In een tijd dat er nog geen koning in Israël is profeteert Hanna al over de Koning die komen zal. Ze verlangt naar het Kind dat redding brengt, niet alleen voor Israël maar voor alle mensen die hun vertrouwen op Hem stellen!