Je eerste levensbehoefte!

Jezus vertelt veel gelijkenissen over het Koninkrijk van God. Maar waar is dat Koninkrijk eigenlijk? Zoek je mee naar de schatten in dit gedeelte van het Woord?

Mattheüs 6:25 Daarom zeg Ik u: Wees niet bezorgd over uw leven, over wat u eten en wat u drinken zult; ook niet over uw lichaam, namelijk waarmee u zich kleden zult. Is het leven niet meer dan het voedsel en het lichaam meer dan de kleding? 26. Kijk naar de vogels in de lucht: zij zaaien niet en maaien niet, en verzamelen niet in schuren; uw hemelse Vader voedt ze evenwel; gaat u ze niet ver te boven? 27. Wie toch van u kan met bezorgd te zijn één el aan zijn lengte toevoegen? 28. En wat bent u bezorgd over de kleding? Kijk naar de lelies in het veld, hoe ze groeien; ze werken niet en spinnen niet; 29. en Ik zeg u dat zelfs Salomo in al zijn heerlijkheid niet gekleed ging als één van deze. 30. Als God nu het gras op het veld, dat er vandaag is en morgen in de oven geworpen wordt, zo bekleedt, zal Hij u niet veel meer kleden, kleingelovigen? 31. Wees daarom niet bezorgd en zeg niet: Wat zullen wij eten? of: Wat zullen wij drinken? of: Waarmee zullen wij ons kleden? 32. Want al deze dingen zoeken de heidenen. Uw hemelse Vader weet immers dat u al deze dingen nodig hebt. 33. Maar zoek eerst het Koninkrijk van God en Zijn gerechtigheid, en al deze dingen zullen u erbij gegeven worden. 34. Wees dan niet bezorgd over de dag van morgen, want de dag van morgen zal voor zichzelf zorgen; elke dag heeft genoeg aan zijn eigen kwaad.

Een paar jaar geleden volgde ik een programma voor geloofsgroei dat Celebrate Recovery heet. Het programma volgt 12 stappen die eigenlijk allemaal bekeringsstappen zijn. Één van de stappen luidt: ik geloof dat God bestaat en dat ik belangrijk voor Hem ben. Nou dat God bestaat kon ik wel geloven maar dat ík belangrijk voor Hem was…. dat kon ik eigenlijk niet geloven. Toen ik me dat besefte ging ik daarover nadenken en bracht God de tekst in mijn gedachten van vers 26: Kijk eens naar de vogels, zij maken zich geen zorgen, ga jij ze niet ver te boven? Dat was Gods antwoord op mijn vraag of ik wel belangrijk voor Hem was. Tot die tijd dacht ik vooral dat ik heel goed voor mezelf moest zorgen en dat ik God wel om Zijn zegen kon bidden maar dat ik maar moest afwachten of ik het kreeg. Vertrouwen is een ander woord voor geloof. Maar ik vertrouwde God niet echt en vertrouwde meer op mijn eigen kracht. Ik dacht bijvoorbeeld ook dat als ik me wel aan de regels hield, God wel van me móest houden. Als ik me maar inzette voor mijn naasten, voor de kerk, me hield aan de regels van de kerk en voldoende giften gaf dan deed ik het goed. Ik probeerde gewoon een dealtje te maken met God. Ja, hoe hoogmoedig kun je zijn? Maar ik had dat helemaal niet in de gaten. Ik was me van geen kwaad bewust. Gelukkig heeft God me laten zien dat Hij écht goed en te vertrouwen is maar soms komt de gedachte nog wel eens voorbij of God mij wel ziet. Het helpt mij om dan terug te denken aan deze tekst, dat is een persoonlijke gedenksteen voor mij. Ik wil je aanmoedigen om, als je ook dit soort gedenkstenen hebt, ze op te schrijven en af en toe eens door te lezen. Dan zul je zien hoe vaak je vergeet dat God tot je gesproken heeft!

Het is Gods gerechtigheid als wij weer worden zoals Hij ons bedoeld heeft: om te wandelen met Hem, zoals we dat ook deden in het paradijs. Het is Gods gerechtigheid dat we weer recht voor Hem staan, dus dat ik belangrijk voor hem ben. Wij komen pas tot ons recht als God tot Zijn recht komt in ons!

En dat gebeurt als wij Gods koninkrijk zoeken. Zoeken! We leven blijkbaar niet van nature in dat Koninkrijk. Van nature maken wij ons druk over onze dagelijkse dingen. Maar dat doen de mensen die God niet kennen ook! (vs 32) Jezus zet het koninkrijk van de wereld (leven uit eigen kracht en eigen wijsheid) tegenover het Koninkrijk van God (leven uit Gods kracht en Zijn Wijsheid). In Mattheus 4:17 staat dat Jezus predikte: Bekeer je (keer je tot God) want het Koninkrijk van God is nabijgekomen!

Niet niks dus, dat Koninkrijk van God. Maar wat is dat nu eigenlijk, het Koninkrijk van God?

Jezus vertelt natuurlijk een heleboel gelijkenissen over het Koninkrijk van God maar ik ben eens verder terug gegaan in de Bijbel en gekeken waar God voor het eerst over Zijn Koninkrijk praat. In die zoektocht kwam ik een moment tegen in het oude testament dat God al spreekt over Zijn Koninkrijk.

Daarvoor neem ik jullie mee naar het moment dat God het volk Israël bevrijd heeft uit Egypte. Ze zijn in de woestijn. Hebben daar ook al van alles mee gemaakt: de Egyptenaren die achter hun aan kwamen en verdronken; geen water waarna God water uit de rots laat komen; geen eten waarna God het dagelijks brood geeft; de strijd tegen de Amalekieten waarbij Mozes zijn handen ophief naar de hemel zodat Jozua de Amalekieten kon verslaan en verder vooral ook veel gemopper en gemor van het volk Israël.  En dan, na drie maanden, zijn ze in de woestijn Sinaï en roept God Mozes bij zich op de berg en zegt hij het volgende:

Exodus 19:3b Zo moet u tegen het huis van Jakob zeggen en de Israëlieten verkondigen: 4. U hebt zelf gezien wat Ik met de Egyptenaren gedaan heb en hoe Ik u op arendsvleugels gedragen en u bij Mij gebracht heb. 5. Nu dan, als u nauwgezet Mijn stem gehoorzaamt en Mijn verbond in acht neemt, dan zult u uit alle volken Mijn persoonlijk eigendom zijn, want heel de aarde is van Mij. 6. U dan, u zult voor Mij een koninkrijk van priesters en een heilig volk zijn.

Wow, het koninkrijk van God in het oude testament! Een koninkrijk dus waar God Koning is, wij zijn eigendom zijn, Hem gehoorzamen, vertrouwen op Zijn verbond met ons zodat we priesters zijn! Een priester is in de Bijbel iemand die tussenpersoon is tussen God en de mensen. Iemand die God vertegenwoordigt bij de mensen en de mensen bij God. Waar wij geheiligd zijn, apart gezet van de rest van de wereld, overgezet van het rijk van de duisternis naar het rijk van het Licht!

Het verbond waar God hier over spreekt is het verbond dat Hij al met Abraham gesloten had: een volk, Zijn volk, dat woont in het land dat Hij belooft heeft, en voor wie Hij tot een God is. Gods plan met de mensheid vanaf het begin wordt uiteindelijk werkelijkheid met Jezus’ komst. Daarom zegt Jezus: bekeer je (keer je tot God) want het Koninkrijk van God is nabij gekomen!

Petrus schrijft ook over dit koninklijk priesterschap:

1 Petrus 2:9 Maar u bent een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterschap, een heilig volk, een volk dat God Zich tot Zijn eigendom maakte; opdat u de deugden zou verkondigen van Hem Die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht, 10. u, die voorheen geen volk was, maar nu Gods volk bent; u, die zonder ontferming was, maar nu in ontferming aangenomen bent.

God heeft zich over ons ontfermd! Als een Koning, ja zeker, maar vooral ook zoals Jezus hem kenbaar heeft gemaakt: als Vader. Hij wil zo graag Zijn liefde aan ons kwijt en regeren in partnerschap met ons. Maar daarvoor hebben wij wel Zijn Geest nodig want uit ons zelf en op onze eigen kracht kunnen wij dat niet. 

De verandering in mijn leven begon toen de Heilige Geest mij duidelijk maakte dat ik ‘niet eens langs het eerste gebod kwam’. Het eerste gebod is: Je zult geen andere goden aanbidden, Ik ben je God! Maar ik had niet God lief boven alles. Ik vond het namelijk veel belangrijker wat mensen van mij vonden dan wat God van mij vond. Ik diende andere goden. Toen ik me dat realiseerde wilde ik dat Jezus Koning werd in mijn leven. Een Koning is iemand die jou leiding geeft, die jij volgt, waaraan je je onderwerpt. De Koning heeft de autoriteit en in Naam van die Koning heb ik ook autoriteit. Niet als een toverwoord – in Jezus’ naam – maar omdat Hij mij die autoriteit heeft gegeven als ik naar Zijn wil handel en Hem daarmee vertegenwoordig.

De Joden in de tijd van Jezus verwachtten een Koning als nakomeling van David. Maar Jezus zegt tegen Pilatus: Mijn Koninkrijk is niet van deze wereld. Dat betekent dat we niet moeten wachten op een hiernamaals of tot Jezus terug komt voordat we Hem tot Koning in ons leven kunnen maken! Nee, dat Koninkrijk is nu al ín ons zegt Jezus in Lucas 17. Het is een geestelijke kwestie oftewel een kwestie van het hart.

Hoe kan het dan dat ik daar 45 jaar lang echt in geloofde maar er niet veel van merkte? Misschien merk jij er ook niets van, of niet altijd. Ik voelde geen rust, blijdschap en vreugde. Tenminste niet altijd. Ik was afhankelijk van mijn omstandigheden of andere mensen of mijn gevoel.

Dat kwam omdat ik in leugens geloofde. Ik geloofde in de leugen dat het van mijn daden afhing of en hoeveel God van mij hield. Ik leefde vooral op mijn eigen kracht en verdienste. De vader van de leugen is er altijd op gericht om de afstand tussen jou en God zo groot mogelijk te maken. Zolang ik zelf nog op de troon zat was er geen ruimte voor Hem en was er ook afstand. Eigenlijk maakte ik het mezelf veel moeilijker dan het is. Zeker, ik was gered en gerechtvaardigd, maar Jezus is voor veel meer gekomen dan dat. Hij is gekomen om mij Leven te geven (Joh 10:10). En dan heb ik het niet over een leven na dit leven. Nee, Hij heeft Zijn Heilige Geest gegeven om mij de kracht te geven om Christus steeds meer in mij zichtbaar en merkbaar te laten zijn. Een goddelijk Leven dus!

Het is Gods gerechtigheid als God tot Zijn recht komt in ons! Het is Gods gerechtigheid als wij priesters van Hem zijn, als Hij in ons openbaar wordt, als wij Zijn goddelijke natuur krijgen, door Zijn Geest die in ons is.

Dus daarom wil ik eindigen met jullie te wijzen op je eerste Levensbehoefte: Zoek éérst het Koninkrijk van God (laat God Koning zijn in je leven, vertrouw op Hem) en Zijn gerechtigheid (dat God zichtbaar wordt in jou door Zijn Heilige Geest)!